Verboden fruit
Er bestaat een fruit, zo mooi en zoet
Dat als je ervan eet, je er constant van eten moet
Het is zo zoet en onbespoten
En met vlees overgoten
Het heet “Verboden fruit”
Fruit met gezag
Waar je als mens
Niet aankomen mag
Ik heb ervan gegeten en ik moet maar hopen
Dat de gevolgen hiervan
Niet zo’n vaart zullen lopen
Elke dag proef ik het
Voel de drang weer komen
De zoete smaak van geloven
Geloven zonder hoop
Geloven zonder dromen
Had ik het maar nooit gegeten
Dan was ik niet zo weetlustend
Dan had ik dit niet op mijn geweten
En was ik nu wel rustend
De smaak die ik nu heb, is bitter en zuur
De smaak van verderf, zo koud en zo puur
Een smaak die naar één ding snakt
De smaak van verboden fruit
Die mij langzaam pakt